Statement

Ambiguïteit is typerend in het werk van José Krijnen (1972). In het afbeelden van stoffen, personen of perspectieven is er altijd de frictie tussen fijne gedetailleerdheid en robuustheid of kwetsbaarheid en kracht. Patronen en structuren harmoniëren, competeren en desoriënteren; Decoratie en figuratie lopen in elkaar over. Elk werk is een ‘vergankelijke hiëroglief’ als een echo van het menselijk gebaar. Zinderende aanwezigheid van afwezigheid.

José studeerde Humanistiek in Utrecht en Beeldende Kunst aan de Koninklijke Academie te Den Haag. Ze heeft zowel in Nederland als in het buitenland geëxposeerd. De laatste jaren legt José zich toe op het tekenen. Daarnaast volgt ze een promotietraject in de filosofie waarbij ze zich oefent in woord en gedachten. Zij ervaart dit als parallel aan en verrijkend voor het artistieke proces.

In progress

Razzle Dazzle or ‘disruptive patterning’ betekent camoufleren door aanwezigheid. Bijvoorbeeld een rennende groep zebra’s wordt een fragmentatiebom. De contouren van de afzonderlijke dieren zijn niet meer te onderscheiden. Hugh Cott schreef in 1940 het boek Adaptive Coloration in Animals. Hij maakte de tekening van de vogel die opgaat in zijn omgeving. In Razzle Dazzle vervagen de grenzen tussen het subjecten en de objecten. De patronen en structuren competiteren, mengen en harmoniëren. De hiërarchie tussen de afzonderlijke onderdelen verdwijnt.